Er zijn verschillende dingen waar je op moet letten bij het kopen van hondensnacks. Een hondensnack die goed is voor de ene hond, kan juist niet goed zijn voor een andere hond. Denk bijvoorbeeld aan snacks die een stof of onbekend dier waar je hond allergisch voor is. Of een schrokkende hond zal zich eerder verslikken in een kleine kauwsnack dan een hond die rustig kauwt.

Bij het kiezen van een hondensnack spelen verschillende facetten een rol, ras, bijtkracht en kauwgedrag en leeftijd:

Ras van de hond

Denk bijvoorbeeld aan de rassen met een korte snuit zoals (Franse, Engelse) bulldoggen, boxers en mopshondjes. Deze honden hebben een korte bek en hebben de neiging te schrokken, vooral het laatste stukje van een kauwsnack is gevaarlijk, maar ook snacks die afbrokkelen in kleinere stukjes.

Een snack die niet afbrokkelt en/of zo groot is dat je hond het niet in één keer door kan slikken of het zo snel eet dat je er niet op tijd bij bent verdient dan de aanbeveling voor deze honden. Denk bijvoorbeeld aan de (grote) runderkophuid platen

Kauwgedrag/Bijtkracht van de hond:

Niet om Staffords over 1 kam te scheren, maar dit hondenras kan aanleg hebben om hard op een snack te bijten (i.p.v ‘schrapen’) en ze hebben een enorme bijtkracht.  Het risico dat de kiezen splijten is dan erg groot.

Leeftijd van de hond:

Zoals gezegd, laat een pup nooit alleen met een snack. Je kent zijn gedrag niet (je hebt hem net) en bovendien veranderd het gedrag met de dag. Wat vandaag een veilige snack is, kan morgen ineens te klein zijn en verslikt hij zich.

Bij oudere honden, waarvan de tanden minder sterk zijn, moet je ook oppassen met de hardheid van de snack i.v.m. missende of broze tanden, maar ook de verminderde mogelijkheid om snacks te verteren.